Om de nieren te stimuleren krijgt uw kind van de laborant wat te drinken. De hoeveelheid is afhankelijk van het gewicht van uw kind. Indien uw kind fles/borstvoeding krijgt, is het handig om zelf een flesje mee te nemen. Voorafgaand aan het onderzoek is het de bedoeling dat uw kind naar het toilet gaat of dat de luier verschoond wordt.
Indien u (of uw kind) nog geen infuus heeft, wordt deze door de laborant geprikt. U (of uw kind) komt op een bed te liggen, waarna de laborant U (of uw kind) onder de camera schuift. De camera komt dichtbij, maar zal u (of uw kind) niet raken. Indien het bij dit onderzoek gaat om uw kind, dan mag u gedurende het onderzoek aanwezig blijven. Via het infuus wordt de radioactieve vloeistof toegediend. Na de toediening wordt meteen de opname gestart. Het is heel erg belangrijk dat u (of uw kind) goed stil blijft liggen. U mag muziek, een filmpje, knuffels of een leesboek meenemen ter afleiding. Na 10 minuten krijgt u (of uw kind) een plasmiddel om de nieren te stimuleren. Voor volwassen geldt dat de opnames 30 minuten duurt. Na deze opname mag u naar het toilet en daarna maken we nog 1 opname van 1 minuut met een lege blaas.
Voor kinderen geldt dat we de nieren net iets langer in beeld willen brengen, de opnames duren dan 40 minuten. Na de 40 minuten mag uw kind nogmaals naar het toilet en dan maakt de laborant nog 1 opname van 1 minuut.