Na de behandeling brengt de verpleegkundige u naar de uitslaapkamer. Als u een roesje hebt gekregen, moet u hier nog maximaal een uurtje uitslapen om uw bloeddruk, hartslag en zuurstofgehalte te monitoren. Als u goed wakker bent, krijgt u weer eten en drinken. Wij bellen uw begeleider na de behandeling over het tijdstip waarop u gehaald mag worden. Uw begeleider kan, zonder zich te melden, plaatsnemen in de wachtkamer bij de receptie nummer 4. De verpleegkundige brengt u naar uw begeleider. U mag niet zonder begeleiding de afdeling verlaten.
Als u een keelverdoving hebt gehad, moet u één uur wachten met eten en drinken.
Als u geen roesje hebt gehad, kunt u de afdeling zelfstandig weer verlaten zodra u alle papieren hebt ontvangen.
U krijgt een ontslagbrief. Hierin staat onder andere wat er tijdens de behandeling is gezien/gedaan en wat u moet doen in geval van complicaties.
Pijnklachten
De stent zal na de plaatsing verder ontplooien. Dit kan een drukkend of pijnlijk gevoel achter het borstbeen geven. Hiervoor hebt u waarschijnlijk enige tijd pijnstillers nodig. Als paracetamol niet afdoende is, neem dan contact op met uw behandelaar in het UMC. De pijn kan ook een andere oorzaak hebben.
U kunt tot enkele dagen na de stentplaatsing last houden van een gevoelige keel.
Dieet
Na de stentplaatsing mag u beginnen met drinken van water. Als dit goed gaat mag u ook beginnen met vloeibare voeding. Na 24 uur kunt u dit uitbreiden tot zo normaal mogelijk.
U krijgt na de stentplaatsing een folder mee waarin belangrijke adviezen staan over de voeding. Lees deze folder daarom goed door. De stent in de slokdarm is niet zo flexibel als de slokdarm zelf. Het is daarom belangrijk dat u een aantal leefregels in acht neemt. Zo voorkomt u dat eten vast blijft zitten in de stent of dat de stent verplaatst.
Verkeersdeelname en begeleiding na een roesje
U mag na het roesje de rest van de dag geen voertuig (auto, motor, brommer, fiets) besturen. Ook als u met een taxi of met het openbaar vervoer naar huis gaat, is het nodig dat er een familielid of kennis bij u is.
Mogelijke complicaties
- Verstopping stent:
Voedsel kan aan de stent blijven zitten waardoor deze verstopt kan raken. U merkt dit doordat voedsel en speeksel moeilijk of niet doorgeslikt kunnen worden. Het kan helpen om elk half uur kleine slokjes koolzuurhoudend water te drinken. Als dit niet helpt, neemt u contact op met de afdeling endoscopie.
- Zuurbranden:
Onderaan de slokdarm zit een knijpmechanisme waardoor maagzuur niet de slokdarm in kan terugvloeien. Een stent kan dit knijpmechanisme beïnvloeden waardoor u last kunt krijgen van zuurbranden. Dit geeft een brandend gevoel achter het borstbeen. U krijgt hiervoor een maagzuur remmend medicijn voorgeschreven. Zelf kunt u het hoofdeinde van het bed wat hoger zetten. Het kan ook helpen om 2 uur voor het naar bed gaan niet meer te eten.
- Infectie:
Door verslikken kan er maaginhoud in de longen terecht komen. Dit kan een infectie veroorzaken.
- Ademhalingsproblemen of hartfunctiestoornissen kunnen soms voorkomen door de sedatie.
Neem onmiddellijk contact op met het ziekenhuis bij:
- Plots toenemende pijn.
- Bij koorts hoger dan 38,5°.
- Grote hoeveelheden bloedverlies of als het bloedverlies zich in korte tijd herhaalt.
- Bij het overgeven van bloed.
- Als u problemen ervaart met het passeren van voedsel in de slokdarm (het voedsel zakt niet).
Op werkdagen tussen 08.00 en 17.00 uur kunt u bellen met de endoscopieafdeling via 088 75 573 66. Buiten deze tijden belt u met de verpleegafdeling MDL via 088 75 562 22.
Locatie
Afdeling Endoscopie, UMC Utrecht
Route naar de poli: L
Verdieping: 2
Receptienummer: 4